Ik ging het dus hebben over Een geval van ordeverstoring, uitgegeven in 1975, vorig jaar in dit taalgebied verschenen bij de Arbeiderspers. En wat lezen we op pagina 16?
“Een paar jaar geleden hadden ze, als goedkope wijkplaats voor hun huwelijkse bestaan, samen een spotgoedkoop souterrainappartement in Varick Street gehuurd (…) Ze hadden het schoongemaakt en witgeverfd, ze hadden het voorzien van een tweepersoonsbed en een goed gevulde drankkast, een tweedehandskachel, een koelkast en genoeg spullen om het er ‘gezellig’ uit te laten zien (…)”
“Ze” slaat op hoofdpersonage John Wilder en Paul Borg, en de reden waarom de twee vrienden er een souterrain op nahouden, is dezelfde als die van de vijf vrienden uit Erik Van Looy’s Loft – vuil manieren. Voor Bart De Pauw vormde de loft de basispremisse voor een door wantrouwen, verdachtmakingen en flashbacks voortgestuwd scenario, schrijver Richard Yates stuurde zijn roman een geheel andere kant uit. Bij hem geen dode Marie Vinck in het tweepersoonsbed, want op pagina 25 wordt protagonist John Wilder wakker in een psychiatrische kliniek. En de rest van het boek ontwikkelt zich zoals we van Yates gewend zijn.
John Wilder werkt voor een prestigieus wetenschappelijk tijdschrift. Hij is goed in zijn vak, heeft een belezen, mooie vrouw en is vader van een zoon van tien. Tot zover de façade. Want Wilder is ongelukkig. Hij droomt van een toekomst als filmproducer. Hij is een trage lezer, is nooit op een filmset geweest maar omdat hij graag films ziet en ze nog liever analyseert, denkt hij het in Hollywood te kunnen maken. En wat wil het toeval? Na zijn ziekenhuisopname ligt hij met een fles whisky en een meisje tussen de lakens films te analyseren, en zegt dat meisje plots: “Als je daar nu ’s een film over draait, over dat ziekenhuis.”
Net zoals bij zijn andere romans overviel me de neiging om tijdens het lezen een hand voor mijn ogen te houden, om mezelf de vernedering en de schaamte te besparen die de personages in het boek moeten ondergaan. Vergeefse moeite. Ik parafraseer even Maurice De Brabandere uit Van vlees en bloed: de emmer der vernedering zit helemaal vol. En Yates dwingt zijn lezers om hem samen met zijn personages tot de laatste druppel leeg te drinken.
Een geval van ordeverstoring is niet zijn beste boek. Te veel aandacht gaat naar het door waanvoorstellingen geplaagde hoofd van de hoofdpersoon, en te weinig naar de twee vrouwen in zijn leven. Zij blijven onuitgewerkte kanttekeningen in de marge en dienen te veel als boksbal voor Wilders paranoïde tirades. Misschien omdat het hoofdpersonage te dicht op de huid van de schrijver zit. Yates werd namelijk zelf ooit opgenomen in de psychiatrie en net als Wilder was hij een notoire drinker.
Maar ook een mindere Richard Yates is en blijft wis en waarachtig de moeite waard.